1. De vereniging is genaamd Volkstuinvereniging Elsgeest, hierna te noemen: “de vereniging”. Zij heeft haar zetel in de gemeente Teylingen.
2. De vereniging bezit volledige rechtsbevoegdheid.
3. De vereniging is ingeschreven in het Handelsregister, dat wordt gehouden bij de Kamer van Koophandel te Leiden onder nummer V445418.
1. De vereniging is opgericht voor onbepaalde tijd.
2. Het boekjaar, tevens verenigingsjaar, loopt van 1 januari tot en met 31 december.
3. De vereniging is opgericht op 10 december 1970.
1. De vereniging heeft ten doel het bevorderen van amateur tuinieren.
2. De vereniging tracht dit doel onder meer te bereiken door:
a. Het verkrijgen en behouden van geschikt terrein bestemd voor volkstuinen met een permanent karakter;
b. Het beheren van het volkstuincomplex;
c. Het organiseren van gezamenlijke inkoop van zaden, grond, mest, planten en tuinbenodigdheden;
d. Het geven van voorlichting over alle aspecten van het tuinieren;
e. Het uitgeven van een nieuwsbrief en het onderhouden van een informatieve website;
f. Zelf evenementen op het gebied van het tuinieren te organiseren;
3. De vereniging mag geen winst onder haar leden verdelen.
1. Leden zijn natuurlijke personen, die door het bestuur als lid zijn toegelaten.
2. Op voorstel van het bestuur kan de algemene ledenvergadering een lid wegens bijzondere verdiensten voor de vereniging het predicaat “erelid” verlenen.
3. Het bestuur houdt een database bij waarin de NAW-gegevens, lidcategorieën en betalingsgegevens van de leden zijn opgenomen.
4. Het bestuur beheert de gegevens van de leden in overeenstemming met de Algemene verordening gegevensbescherming, de wijze waarop hier vorm aan is gegeven wordt
gepubliceerd op de website van de vereniging
1. De vereniging kan ten behoeve van de leden rechten bedingen. De vereniging kan in een voorkomend geval ten behoeve van een lid nakoming van bedoelde rechten en schadevergoeding vorderen, tenzij het lid het bestuur schriftelijk mededeelt het bestuur
daartoe niet te machtigen.
2. Het bestuur van de vereniging kan in naam van de leden verplichtingen jegens derden aangaan, uitsluitend voor zover de desbetreffende algemene ledenvergadering het bestuur daartoe vertegenwoordigingsbevoegd heeft verklaard.
3. Voor zover van toepassing gelden de in de leden 1 en 2 van dit artikel bedoelde rechten en verplichtingen ook ten opzichte van de vereniging.
4. De in de leden 1, 2 en 3 van dit artikel genoemde bevoegdheden worden uitgeoefend door het bestuur.
5. De vereniging kan door een besluit van het bestuur, van de algemene ledenvergadering of van een ander orgaan verplichtingen aan de leden opleggen.
6. De leden zijn verplicht zich jegens elkaar en jegens de vereniging te gedragen naar hetgeen door de redelijkheid en billijkheid wordt gevorderd.
7. De leden zijn gehouden:
a. de statuten en reglementen van de vereniging, alsmede de besluiten van het bestuur,
van de algemene ledenvergadering na te leven;
b. de belangen van de vereniging in het algemeen, niet te schaden.
1. In het algemeen zal een sanctie worden opgelegd bij zodanig handelen of nalaten dat in
strijd is met de wet, dan wel met de statuten of huishoudelijk reglement waardoor de
belangen van de vereniging worden geschaad.
2. Het bestuur is bevoegd om bij overtredingen sancties op te leggen.
3.
a. In geval van een overtreding, als bedoeld in lid 1 van dit artikel, kunnen de volgende sancties worden opgelegd:
1. berisping;
2. schorsing;
3. ontzetting uit het lidmaatschap (royement);
4. geldboete.
b. Van het opleggen van een sanctie wordt schriftelijk aan het lid mededeling gedaan. In spoedeisende gevallen kan een opgelegde sanctie mondeling aan het lid worden medegedeeld.
c. Een opgelegde sanctie wordt geanonimiseerd in de nieuwsbrief van de vereniging gepubliceerd.
4. Een schorsing kan ten hoogste voor de duur van één jaar worden opgelegd. Gedurende de periode dat een lid is geschorst, kunnen de aan het lidmaatschap verbonden rechten niet worden uitgeoefend, met uitzondering van het recht om in beroep te gaan.
5.
a. Ontzetting uit het lidmaatschap kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van de vereniging handelt, of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt.
b. Nadat het bestuur tot ontzetting heeft besloten, wordt het lid zo spoedig mogelijk door middel van een aangetekende brief met opgave van redenen van het besluit in kennis gesteld.
6. Geldboetes kunnen worden opgelegd voor die overtredingen en tot ten hoogste die bedragen die vooraf door het bestuur zijn vastgesteld en op de website van de vereniging zijn gepubliceerd.
7. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep wordt de tenuitvoerlegging van de opgelegde sanctie niet opgeschort.
1. Het lidmaatschap eindigt:
a. door overlijden van het lid, in welk geval het lidmaatschap niet vererft;
b. door opzegging door het lid;
c. door opzegging door de vereniging;
d. door ontzetting uit het lidmaatschap, als bedoeld in artikel 5 lid a van deze statuten;
2.
a. Opzegging door de vereniging geschiedt door het bestuur.
b. Ontzetting uit het lidmaatschap geschiedt door het bestuur.
3. De vereniging kan het lidmaatschap opzeggen:
a. in de gevallen in de statuten genoemd;
b. wanneer het lid heeft opgehouden te voldoen aan de vereisten die de statuten aan het lidmaatschap stellen;
c. wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet kan worden gevergd het lidmaatschap te laten voortduren.
4.
a. Een lid kan het lidmaatschap opzeggen met inachtneming van het in dit artikel bepaalde.
b. Een lid kan het lidmaatschap voorts met onmiddellijke ingang beëindigen:
1. wanneer redelijkerwijs niet kan worden gevergd het lidmaatschap te laten voortduren;
2. binnen een maand nadat een besluit, waarbij zijn rechten zijn beperkt of verplichtingen zijn verzwaard, hem is bekend geworden of medegedeeld, in welk geval het besluit alsdan niet op hem van toepassing is. Deze bevoegdheid tot opzegging komt het lid niet toe wanneer rechten en verplichtingen worden gewijzigd, die in de statuten nauwkeurig zijn omschreven, wijziging van geldelijke rechten en verplichtingen hieronder begrepen;
5.
a. Opzegging van het lidmaatschap kan, onverminderd het onder b van dit lid bepaalde, slechts geschieden tegen het einde van het boekjaar en met inachtneming van een opzeggingstermijn van vier weken.
b. In afwijking van het onder a van dit lid bepaalde kan het lidmaatschap met onmiddellijke ingang worden beëindigd in de gevallen als genoemd in lid 3, lid 4 onder b en lid 6 van dit artikel.
c. Een opzegging in strijd met het onder a van dit lid bepaalde doet het lidmaatschap eindigen op het vroegst toegelaten tijdstip, volgende op de datum waartegen was opgezegd.
6. Behoudens in geval van overlijden wordt enig gewezen lid dat heeft opgezegd, geacht nog lid te zijn tot ten hoogste het eind van het boekjaar volgend op dat waarin werd opgezegd, zolang het lid niet heeft voldaan aan zijn geldelijke verplichtingen ten opzichte van de vereniging, of zolang enige andere aangelegenheid waarbij hij betrokken is niet is afgewikkeld, de tenuitvoerlegging van een opgelegde sanctie daarin begrepen. Gedurende deze periode kan de betrokkene geen recht uitoefenen, met uitzondering van het recht om binnen de gestelde termijn in beroep te gaan.
1. De vereniging kent naast leden donateurs.
2. Donateurs zijn die natuurlijke of rechtspersonen die door het bestuur zijn toegelaten en die zich jegens de vereniging verplichten om jaarlijks een door het bestuur vastgestelde bijdrage te storten.
3. Donateurs hebben geen andere rechten en verplichtingen dan die welke hen in of krachtens de statuten en/of reglementen zijn toegekend of opgelegd.
4. De rechten of verplichtingen van donateurs kunnen te allen tijde wederzijds door opzegging worden beëindigd, behoudens dat de jaarlijkse bijdrage voor het lopende boekjaar voor het geheel verschuldigd blijft.
5. Opzegging namens de vereniging geschiedt door het bestuur.
1.
a. Het bestuur bestaat uit ten minste drie meerderjarige personen die door de algemene ledenvergadering uit de leden in functie worden benoemd. Het aantal bestuursleden wordt vastgesteld door de algemene ledenvergadering.
b. Het bestuur bestaat in ieder geval uit een voorzitter, secretaris en penningmeester.
2. Bestuursleden worden kandidaat gesteld door het bestuur of door ten minste drie leden. De kandidaatstelling geschiedt niet door middel van een bindende voordracht.
3. Ieder bestuurslid wordt benoemd voor een periode van vier jaar en treedt af volgens een door het bestuur op te maken rooster. Aftredende bestuursleden zijn terstond herbenoembaar. Wie in een tussentijdse vacature is benoemd, neemt op het rooster de plaats van zijn voorganger in.
4. In zijn eerste bestuursvergadering na een benoeming van bestuursleden, stelt het bestuur in onderling overleg de taken van de bestuursleden vast en doet hiervan – in de nieuwsbrief, door middel van een schriftelijke kennisgeving en/of door middel van een bericht op de website van de vereniging – mededeling aan de leden.
5. Ieder bestuurslid is tegenover de vereniging gehouden tot een behoorlijke vervulling van de hem opgedragen taak. Indien het een aangelegenheid betreft die tot de werkkring van twee of meer bestuursleden behoort, is ieder van hen geheel aansprakelijk ter zake van een
tekortkoming, tenzij deze niet aan hem is te wijten en hij niet nalatig is geweest in het treffen van maatregelen om de gevolgen daarvan af te wenden.
6. De algemene ledenvergadering kan een bestuurslid schorsen of ontslaan indien zij daartoe termen aanwezig acht. Voor een besluit daartoe is een meerderheid vereist van ten minste twee derden van de uitgebrachte stemmen. Een schorsing die niet binnen drie maanden wordt gevolgd door een besluit tot ontslag, eindigt door het verloop van die termijn.
7. Het bestuurslidmaatschap eindigt voorts:
a. door het eindigen van het lidmaatschap;
b. door bedanken.
8. Het bestuur moet in meerderheid bestaan uit: personen die direct noch indirect gelieerd zijn aan een partij die financiering verstrekt aan de vereniging.
1. Behoudens beperkingen volgens de statuten is het bestuur belast met het besturen van de vereniging.
2. Indien het aantal bestuursleden beneden drie is gedaald in verband met belet of ontstentenis van een van de bestuursleden, blijft het bestuur bevoegd tot uitoefening van al zijn taken en bevoegdheden. Het is echter verplicht zo spoedig mogelijk een algemene ledenvergadering
te beleggen waarin de voorziening in de open plaats(en) aan de orde komt. In geval van belet of ontstentenis van alle bestuursleden, wijst de algemene ledenvergadering zo spoedig mogelijk ten minste drie vervangende bestuursleden aan.
3. Het bestuur is bevoegd uit zijn midden een dagelijks bestuur te benoemen en de taken en bevoegdheden van het dagelijks bestuur vast te stellen.
4. Het bestuur is bevoegd onder zijn verantwoordelijkheid bepaalde onderdelen van zijn taken te doen uitvoeren door commissies die door het bestuur zijn benoemd.
5. Het bestuur is, na voorafgaande goedkeuring van de algemene ledenvergadering, bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding of bezwaring van registergoederen en tot het aangaan van overeenkomsten waarbij de vereniging zich als
borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt.
6. Een bestuurder neemt niet deel aan de beraadslaging en besluitvorming indien hij daarbij een direct of indirect persoonlijk belang heeft dat tegenstrijdig is met het belang bedoeld in artikel 9 lid 5. Wanneer hierdoor geen bestuursbesluit kan worden genomen, wordt het besluit genomen door de algemene vergadering.
1. Het bestuur vertegenwoordigt de vereniging, voor zover uit de wet niet anders voortvloeit.
2.
a. De vereniging wordt voorts in en buiten rechte vertegenwoordigd door de voorzitter tezamen met de secretaris of tezamen met de penningmeester, dan wel bij afwezigheid van een van de genoemden tezamen met een ander bestuurslid.
b. Het bestuur is bevoegd aan anderen een schriftelijke volmacht te verlenen, op grond waarvan deze bevoegd zijn de vereniging in de in de volmacht omschreven gevallen te vertegenwoordigen.
3.
a. De bevoegdheid tot vertegenwoordiging die aan het bestuur of aan bestuursleden toekomt, is onbeperkt en onvoorwaardelijk, voor zover uit de wet niet anders voortvloeit. Een wettelijk toegelaten of voorgeschreven beperking van of voorwaarde voor de
bevoegdheid tot vertegenwoordiging kan slechts door de vereniging worden ingeroepen.
b. De uitsluiting, beperkingen en voorwaarden gelden mede voor de bevoegdheid tot vertegenwoordiging van de vereniging ter zake van de in artikel 10 lid 5 van deze statuten bedoelde handelingen.
4. Bestuursleden aan wie krachtens de statuten of op grond van een volmacht vertegenwoordigingsbevoegdheid is toegekend, oefenen deze bevoegdheid niet uit dan nadat tevoren een bestuursbesluit is genomen waarbij tot het aangaan van de desbetreffende rechtshandeling is besloten.
1. Het bestuur is verplicht tot het houden van zodanige aantekeningen omtrent de vermogenstoestand van de vereniging dat daaruit te allen tijde zijn rechten en verplichtingen kunnen worden gekend.
2.
a. Het bestuur brengt op de algemene ledenvergadering binnen zes maanden na afloop van het boekjaar – behoudens verlenging van deze termijn door de algemene vergadering – een jaarverslag uit over de gang van zaken in de vereniging en over het gevoerde beleid. Het legt de balans en de staat van baten en lasten met een toelichting ter goedkeuring aan de algemene ledenvergadering over.
b. De onder a bedoelde stukken worden ondertekend door alle bestuursleden; ontbreekt een handtekening van een bestuurslid, dan wordt hiervan onder opgave van redenen melding gemaakt. Na afloop van de termijn kan ieder lid van de gezamenlijke bestuursleden in rechte vorderen dat zij deze verplichtingen nakomen.
3.
a. De algemene ledenvergadering benoemt een kascommissie, bestaande uit twee leden en één plaatsvervangend lid, die geen deel mogen uitmaken van het bestuur.
b. De leden van de kascommissie worden benoemd voor de duur van drie jaar en treden volgens een op te maken rooster af. Zij zijn aansluitend slechts éénmaal herbenoembaar.
c. De kascommissie onderzoekt de balans en de staat van baten en lasten en brengt aan de algemene ledenvergadering verslag van haar bevindingen uit.
4. Het bestuur is verplicht de kascommissie ten behoeve van haar onderzoek alle door haar gevraagde inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden te tonen en inzage in de boeken en de bescheiden van de vereniging te geven.
5. Goedkeuring door de algemene ledenvergadering van het jaarverslag en van de rekening en verantwoording strekt het bestuur tot décharge voor alle handelingen, voor zover die uit de jaarstukken blijken.
6. Het bestuur is verplicht de bescheiden als bedoeld in lid 1 en lid 2 van dit artikel zeven jaar lang te bewaren.
1. De geldmiddelen van de vereniging bestaan uit:
a. Contributies van de leden;
b. Kantine en blokhut inkomsten;
c. Subsidies, giften en andere inkomsten.
2. De leden zijn jaarlijks gehouden tot het betalen van een contributie, die door de algemene ledenvergadering van tijd tot tijd zal worden vastgesteld. Zij kunnen daartoe in categorieën worden ingedeeld, die een verschillende bijdrage betalen.
3. Degene, aan wie het predicaat erelid is verleend, is vrijgesteld van het betalen van contributie.
4. Wanneer het lidmaatschap in de loop van een boekjaar eindigt, blijft niettemin de contributie voor het gehele boekjaar verschuldigd.
1. Orgaan van de vereniging zijn het bestuur en de algemene ledenvergadering.
2.
a. Het in een vergadering van een orgaan uitgesproken oordeel van de voorzitter omtrent de uitslag van een stemming is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit, voor zover werd gestemd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel.
b. Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van de voorzitter de juistheid daarvan betwist, dan wordt het te nemen besluit schriftelijk vastgelegd en vindt een nieuwe stemming plaats, indien de meerderheid van de vergadering of, indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk geschiedde, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
3. Van het verhandelde in een vergadering worden notulen gemaakt, die op de eerstvolgende vergadering van het orgaan dienen te worden goedgekeurd.
4.
a. Een besluit van een orgaan dat in strijd is met de wet of met de statuten, is nietig, tenzij uit de wet iets anders voortvloeit. Een nietig besluit mist rechtskracht.
b. Is een besluit nietig, omdat het is genomen ondanks het ontbreken van een door de wet of de statuten voorgeschreven voorafgaande handeling of mededeling aan een ander dan het orgaan dat het besluit heeft genomen, dan kan het door die ander worden bekrachtigd. Is voor de ontbrekende handeling een vereiste gesteld, dan geldt dit vereiste ook voor de bekrachtiging.
c. Bekrachtiging is niet meer mogelijk na afloop van een redelijke termijn, die aan de ander is gesteld door het orgaan dat het besluit heeft genomen of door de wederpartij tot wie het was gericht.
5.
a. Een besluit van een orgaan is, onverminderd het elders in de wet omtrent de mogelijkheid van een vernietiging bepaalde, vernietigbaar:
1. wegens strijd met wettelijke of statutaire bepalingen die het tot stand komen van het besluit regelen;
2. wegens strijd met de redelijkheid en billijkheid, als bedoeld in artikel 5 lid 6 van deze statuten;
3. wegens strijd met een reglement.
b. Tot de onder a van dit lid bedoelde bepalingen behoren niet die welke de voorschriften bevatten, waarop in lid 4 onder b van dit artikel wordt gedoeld.
6. De bevoegdheid om vernietiging van een besluit te vorderen, vervalt een jaar na het einde van de dag, waarop hetzij aan het besluit voldoende bekendheid is gegeven, hetzij een belanghebbende van het besluit kennis heeft genomen of daarvan is verwittigd.
7. Een besluit dat vernietigbaar is op grond van het bepaalde in lid 5 onder a van dit artikel, kan door een daartoe strekkend besluit worden bevestigd. Voor dit besluit gelden dezelfde vereisten als voor het te bevestigen besluit. Bevestiging is niet mogelijk zodra een vordering tot vernietiging aanhangig is. Indien de vordering wordt toegewezen, geldt het vernietigde besluit als opnieuw genomen door het latere besluit, tenzij uit de strekking van dit besluit het tegendeel voortvloeit.
1. Aan de algemene ledenvergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe, die niet bij de wet of bij, dan wel krachtens de statuten aan andere organen zijn opgedragen.
2. Jaarlijks wordt uiterlijk zes maanden na afloop van het boekjaar een algemene vergadering gehouden (de jaarvergadering). Buitengewone algemene vergaderingen worden gehouden zo dikwijls het bestuur dit gewenst acht.
3. De algemene ledenvergaderingen worden bijeengeroepen door het bestuur, met inachtneming van een termijn van ten minste veertien dagen. De bijeenroeping geschiedt door middel van een aan alle leden te zenden schriftelijke kennisgeving en/of via een langs elektronische weg toegezonden bericht, met gelijktijdige vermelding van de agenda.
4.
a. Voorts is het bestuur op schriftelijk verzoek van ten minste een zodanig aantal leden, als bevoegd is tot het uitbrengen van één tiende gedeelte van de stemmen in de algemene vergadering, verplicht tot het bijeenroepen van een algemene ledenvergadering op een termijn van niet langer dan vier weken na indiening van het verzoek.
b. Indien aan het verzoek binnen veertien dagen geen gevolg wordt gegeven kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping overgaan door oproeping overeenkomstig het bepaalde in lid 3 van dit artikel of door het plaatsen van een advertentie in ten minste één, ter plaatse waar de vereniging is gevestigd, veel gelezen dagblad. De verzoekers kunnen alsdan anderen dan bestuursleden belasten met de leiding van de vergadering en het opstellen van de notulen.
5. De agenda van de jaarvergadering bevat onder meer:
a. Vaststelling van de notulen van de vorige algemene vergadering;
b. Jaarverslag van het bestuur;
c. Financieel jaarverslag over het afgelopen boekjaar;
d. Verslag van de kascommissie;
e. Goedkeuring van de balans en van de staat van baten en lasten en de daarbij behorende toelichting;
f. Vaststelling van de contributies;
g. Vaststelling van de begroting;
h. Benoeming bestuursleden;
i. Benoeming commissieleden;
j. Rondvraag.
1. De algemene ledenvergaderingen worden geleid door de voorzitter van het bestuur of door zijn plaatsvervanger. Zijn de voorzitter en zijn plaatsvervanger verhinderd, dan treedt een ander door het bestuur aan te wijzen bestuurslid als voorzitter op. Wordt ook op deze wijze
niet in het voorzitterschap voorzien, dan voorziet de vergadering daarin.
2. Van het verhandelde in elke algemene ledenvergadering worden door een bestuurslid notulen gemaakt, ook als deze digitaal gehouden wordt. De notulen worden in de nieuwsbrief en/of op de website van de vereniging gepubliceerd of op een andere wijze ter kennis van de leden gebracht en dienen door de eerstvolgende algemene ledenvergadering te worden vastgesteld.
1.
a. Ieder lid heeft toegang tot de algemene vergadering.
b. Leden, die geschorst zijn, hebben geen stemrecht en geen toegang tot de algemene vergadering.
c. In afwijking van het onder b van dit lid bepaalde heeft een geschorst lid slechts het recht op toegang tot de algemene vergadering om daarin voor zijn verdediging het woord te voeren, als overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 6 en 7 van deze statuten, diens beroep tegen een aan hem opgelegde straf wordt behandeld.
2. Ieder stemgerechtigd lid heeft één stem.
3. Ieder lid is bevoegd zijn stem te doen uitbrengen door een schriftelijk gemachtigd ander lid van achttien (18) jaar en ouder. Aan de eis van een schriftelijke volmacht wordt voldaan als de volmacht elektronisch is vastgelegd. De gemachtigde kan echter, naast zijn eigen stem, in totaal voor niet meer dan twee andere leden stem uitbrengen.
4. Het stemrecht over besluiten, waarbij de vereniging aan bepaalde personen, anders dan in hun hoedanigheid van lid, rechten toekent of verplichtingen kwijtscheldt, wordt aan die personen en aan hun echtgenoot en bloedverwanten in de rechte lijn ontzegd.
5. Een eenstemmig besluit van alle leden, ook al zijn deze niet in een vergadering bijeen, heeft, mits met voorkennis van het bestuur genomen, dezelfde kracht als een besluit van de algemene ledenvergadering.
6. Stemming over zaken geschiedt mondeling, over personen schriftelijk, tenzij de voorzitter of de algemene ledenvergadering een schriftelijke stemming wenselijk acht.
7. Over alle voorstellen zaken betreffende wordt, voor zover de statuten niet anders bepalen, beslist bij meerderheid van de uitgebrachte stemmen. Bij het staken van de stemmen wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.
8. Bij stemming over personen is degene benoemd, die de meerderheid van de uitgebrachte stemmen op zich heeft verenigd. Indien niemand die meerderheid heeft verkregen, wordt een tweede stemming gehouden tussen de personen, die het hoogste aantal van de uitgebrachte stemmen hebben verkregen en is hij benoemd, die bij die tweede stemming de meerderheid van de uitgebrachte stemmen op zich heeft verenigd. Indien bij die tweede stemming de stemmen staken, beslist het lot.
9.
a. Ongeldige stemmen zijn stemmen die:
– Blanco uitgebracht zijn;
– Op enigerlei wijze ondertekend zijn;
– Iets anders aanduiden dan in stemming is gebracht; of
– Andere namen bevatten dan die van de personen over wie wordt gestemd.
b. Ongeldige stemmen blijven bij de vaststelling van een gekwalificeerde meerderheid waar vereist volgens de statuten, buiten beschouwing.
1. De leden die krachtens artikel 17 van deze statuten stemgerechtigd zijn, kunnen het stemrecht ook uitoefenen door middel van een elektronisch communicatiemiddel, mits de stemgerechtigde via het elektronisch communicatiemiddel kan worden geïdentificeerd,
rechtstreeks kan kennisnemen van de verhandelingen ter vergadering en het stemrecht kan uitoefenen.
2. Stemmen die voorafgaand aan de algemene vergadering via een elektronisch communicatiemiddel worden uitgebracht, doch niet eerder dan op de dertigste dag voorafgaand aan die algemene ledenvergadering, worden gelijkgesteld met stemmen die ten tijde van de vergadering worden uitgebracht.
3. Het bestuur kan voorwaarden stellen aan het gebruik van het elektronisch communicatiemiddel.
1. De statuten kunnen slechts worden gewijzigd door een besluit van de algemene ledenvergadering, waartoe werd opgeroepen met de mededeling dat aldaar wijziging van de statuten zal worden voorgesteld. De termijn voor oproeping tot een zodanige vergadering
moet ten minste veertien dagen bedragen.
2. Zij, die de oproeping tot de algemene vergadering ter behandeling van een voorstel tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten ten minste vijf dagen vóór de vergadering een afschrift van dat voorstel, waarin de voorgedragen wijziging woordelijk is opgenomen, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage leggen tot na afloop van de dag, waarop de vergadering wordt gehouden. Bovendien wordt van de voorgestelde wijziging ten minste veertien dagen vóór vergadering kennisgegeven aan alle leden door middel van schriftelijke kennisgeving en/of via een langs elektronische weg toegezonden bericht.
3. Het bepaalde in lid 1 en lid 2 van dit artikel is niet van toepassing, indien in de algemene ledenvergadering alle leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn en het besluit tot statutenwijziging met algemene stemmen wordt aangenomen.
4. Een besluit tot statutenwijziging behoeft ten minste twee derden van de uitgebrachte stemmen.
5.
a. Een statutenwijziging treedt niet in werking dan nadat hiervan een notariële akte is opgemaakt. Van dit tijdstip wordt mededeling gedaan in de nieuwsbrief en/of op de website van de vereniging. Ieder bestuurslid afzonderlijk is dan tot doen verlijden van deze akte bevoegd.
b. De bestuursleden zijn verplicht een authentiek afschrift van de wijziging en de gewijzigde statuten in het Handelsregister gehouden door de Kamer van Koophandel neer te leggen.
1. Voor een besluit tot fusie met een andere vereniging is het bepaalde in artikel 19 lid 1, 2 en 4 van deze statuten van overeenkomstige toepassing.
2. Bij de oproeping van de in dit artikel bedoelde vergaderingen moet worden medegedeeld, dat ter vergadering zal worden voorgesteld een fusie aan te gaan met een of meer met name genoemde andere verenigingen. De termijn voor oproeping tot zodanige vergadering
moet ten minste veertien dagen bedragen.
1.
a. Voor een besluit tot ontbinding van de vereniging is het bepaalde in artikel 19 lid 1 en lid 2 van deze statuten van overeenkomstige toepassing.
b. De vereniging wordt ontbonden door een daartoe strekkend besluit van de algemene ledenvergadering, genomen met ten minste twee derden van het aantal uitgebrachte stemmen in een vergadering waarin ten minste drie vierden van de leden aanwezig of
vertegenwoordigd is (quorum).
c. Bij gebreke van het quorum kan, ongeacht het aantal ter algemene vergadering aanwezige leden, tot ontbinding worden besloten op een volgende, ten minste acht doch uiterlijk dertig dagen na de eerste, te houden algemene vergadering. Het besluit moet worden genomen met een meerderheid van twee derde van het aantal uitgebrachte stemmen.
2. Bij de oproeping van de in dit artikel bedoelde vergaderingen moet worden medegedeeld, dat ter vergadering zal worden voorgesteld de vereniging te ontbinden. De termijn voor oproeping tot zodanige vergadering moet ten minste veertien dagen bedragen.
3.
a. De bestuursleden treden na het besluit tot ontbinding van de vereniging op als vereffenaars.
b. De algemene ledenvergadering is bevoegd na het besluit tot ontbinding de alsdan zitting hebbende bestuursleden te ontslaan met gelijktijdige benoeming van één of meer vereffenaars.
4. Bij een besluit tot ontbinding wordt de bestemming van een eventueel batig saldo bepaald, terwijl de algemene vergadering tevens één of meer bewaarders aanwijst. Het batig saldo kan uitsluitend ten goede komen aan een instelling die zich een maatschappelijk doel ten
doel stelt.
5. Na de ontbinding blijft de vereniging voortbestaan voor zover dit tot vereffening van haar vermogen nodig is. Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van de statuten en reglementen voor zover mogelijk van kracht. In stukken en aankondigingen, die van de
vereniging uitgaan, moet aan haar naam worden toegevoegd de woorden “in liquidatie”.
6. De boeken en bescheiden van de ontbonden vereniging moeten door de bewaarder(s) worden bewaard gedurende zeven jaar na afloop van de vereffening.
1. De algemene ledenvergadering kan een Huishoudelijk Reglement of andere reglementen vaststellen en wijzigen.
2. Een reglement mag niet in strijd zijn met de wet, ook waar die geen dwingend recht bevat, noch met de statuten.
In alle gevallen waarin deze statuten niet voorzien beslist het bestuur.